Nee dames, we kunnen er niet meer omheen. Het is tijd voor blote benen, een hele poos al. Het fenomeen rokjesdag is uiteraard een masculiene vondst, maar wij trekken al jaren ons eigen plan. Wat heet, het huidige straatbeeld toont volgens mij een ongekend hoog zwierig, uitbundig jurkengehalte. Maakt me vrolijk, maar zelf ben ik geen jurkenmens. Verre van dat. Met een full body bloemetjesmotief of zo’n lekker hysterische dierenprint om m’n lijf voel ik me doodongemakkelijk. Weet niet wat dat is. Andere vrouwen gedijen er perfect in. Ik zeg complimenten en ga zo door.
Gelukkig heb ik nog wel een risicoloos spijkerrokje liggen van wijlen Cool Cat. Tot ruim boven de knie hoor, dat wel. Ja, toe ff, als ‘ze’ (die rokjesdagbedenkers) benen willen zien, kunnen ze die van me krijgen. Geen halve maatregelen, geen halve benen. Blijft niet onopgemerkt. ‘Goeie benen zeg, lijkt wel Bobbejaanland!’, aldus een langsfietser. Bingo, in the pocket. Was overigens een vrouw die dit riep, maakt dat nog uit? Nee hè (?)
Goed, Bobbejaanland, voor zover ik weet een pretpark. Inhoudelijk begrijp ik de loftuiting dan ook niet zo, heb vrij weinig met pretparken. Maar daar gaat niet om, want complimenten vormen, wat mij betreft, de smeerolie van een vriendelijke samenleving. Zelf put ik uit een vast arsenaal. ‘Leuke jurk heb je aan, vaker doen’, ‘Stoer, die krokodil op je onderbeen’, of iets gewaagder: ‘O.M.G., je laat een baardje staan?! Better watch out for this crazy cougar!’ Liefdevolle oneliners, altijd goed voor een glimlach. De originaliteitsprijs win ik er niet mee, die gaat naar ‘benen als Bobbejaanland.’