Nee zeggen is mijn ding niet zo. Zeker niet tegen kinderen die ten strijde trekken langs de deuren om geld in te zamelen voor zieke generatiegenootjes elders op de planeet. Of om rotzooi te verkopen voor een schimmig, zelfverzonnen doel. Maakt me niet uit eigenlijk, hun dadendrang ontroert me.

Dus uiteraard koop ik een setje onbruikbare, door fysiek gehandicapten in elkaar gevingerverfde ansichtkaarten. Trouwens voor liefhebbers van collectors items en andere bedenkelijke curiosa: Ik heb nog een schoenendoos vol plakkerige Loom armbandjes liggen. Nooit gebruikt. Volgens de piepjonge verpatsers in kwestie ging de opbrengst naar arme mensen. In Zwolle ofzo. Dat ik ze diezelfde middag uit de buurtsuper zag lopen met twee kratten cola en zeven variaties Pringles is ze vergeven. Van slim ondernemen krijg je trek. Blijkbaar.

Tuurlijk, mijn naam gaat rond onder buurtkinderen. Zo trof ik daags na de 11e van de 11e een lampionloos schatje op mijn stoep met de ragfijne boodschap ‘Ik kom snoep ophalen.’ De goede Sint (Maarten) was al uit beeld, net als mijn aanvankelijk ruim ingekochte mini candybars, dus moest ik nu wel nee verkopen. Toch? Nee hoor….Volledig ingepakt door het vertederende snotneusje brak ik met liefde die voor mijzelf gereserveerde Tony Chocolonely white coockie dough (limited edition) doormidden.

Ik weet ‘t, ik laat me gebruiken, geef te makkelijk iets kostbaars van mezelf weg. Van de week waren zelfs mijn statiegeld flessen aan de beurt. Ingezameld door twee potige twaalfjarigen. ‘Voor Oekraïne’, zeiden ze. Prima, neem mee die lege kratten. ‘Volgende week komen we nog een keer’, beloofde het tweetal. Ik kijk naar ze uit. Beetje doordrinken voor oorlogsslachtoffers, daar kan ik toch geen nee tegen zeggen….

Meer blog items