Goed, nog een keer doorborduren op hetzelfde thema dan, gaan we daarna weer lachen, oké?
Een ander sneu voorbeeld was de voetballer van PEC Zwolle, die twee decennia terug (oké, toen heette het FC Zwolle) regelmatig vieze overtredingen maakte tijdens mijn fitnessdiensten. Er was geen bal in de buurt, hij speelde puur op de vrouw. Ondergetekende was de klos. Armen, billen of benen, niks was veilig voor deze rechtsbuiten van weleer. Terwijl hij opzichtig ‘hands’ maakte, onder het toeziend oog van nette sportschoolklanten, toonde ik mij een slechte scheidsrechter. Ik lachte zijn ongepaste strelingen schaapachtig weg, probeerde kansloos om te schakelen. ‘Wat een kutweer hè? Ben zeiknat joh!’ Onbedoelde assist.
Goed, ik was 20 jaar naïever, had een zwak voor voetballers en de viezerik in kwestie was verdomme nog best een hunk ook… Dat zou niks moeten uitmaken, weet ik, maar het maakte hem extra intimiderend. Kortom, ik wist me geen raad en luchtte m’n hart bij een collega. Zij wist ’t wel: ‘Als je ‘m niet op z’n vingers tikt, denkt hij dat ie alles kan maken!’ Groot gelijk natuurlijk. Maar ik bevroor, keer op keer en bovendien…klantvriendelijkheid stond hoog in het vaandel van de sportschool, over vrouwvriendelijkheid hoorde ik eigenlijk nooit iets. Gemiste kans, want door hem niet terug te fluiten bewees ik het vrouwengilde een slechte dienst.
Want eerlijk is eerlijk, voetballer of niet, een handtastelijke smeerlap verdient gewoon direct rood.