Goed, lieve mensen, we kennen elkaar al een beetje hè? Dus ff met de billen bloot nu, want ik lijk heel vriendelijk, lief, geïnteresseerd en accepteer een ieder zoals ie is en blablabla. Hou maar op. Van binnen ben ik namelijk arrogant en onuitstaanbaar. En jaloers. Dan weet je ’t even.
Laatst ook. Tijdens een nostalgisch avondje in Hedon gedroeg mijn gedachtegang zich weer eens ronduit schandalig jegens generatiegenoten. Elke keer hetzelfde gezeur met mij op zo’n jaren 80 feestje. Het eerste uur vind ik dat het gros van mijn mede ‘rondom vijftigers’ er oude wijverig uitzien, met hun saaie, oversizede gewaden en stomme platte schoenen en hobbel ik verongelijkt rond op mijn obsessieve stokpaardje: obesitas. Het lijkt of onze generatie dat heeft uitgevonden, mijn hemel joh. Een venijnig rotgrapje ligt op m’n lippen (iets met een breekbaar stokpaardje, dus niet op gaan zitten, zoiets…). Nou, zo’n klerewijf ben ik dus.
Nee, dan ik zeg, tjongejongejonge… Mijn bedacht nonchalante voorkomen bestaat graag uit een niet ademend, maar retestrak glimmend topje en een flink aangesnoerde skinny jeans. De buitenwereld moet immers te allen tijde kunnen zien dat ik een cupje 70E (ja, dat bestaat, heb ik!) moeiteloos combineer met een confectiemaatje 36. En natuurlijk hoge hakken, liefst naaldvormig. Want dat hoort zo. Zegt niemand, staat nergens, is mijn etiquette.
En ja, die zelfopgelegde etiquette schrijft dan daags na zo’n fuifje ook striemen in de taille en gehavende voeten voor. Eigenlijk tijdens de avond zelf al, maar dat hoeft niemand te weten. Zelfs die ene leuke overbuurvrouw niet, die ik steeds tegenkom tijdens dit soort uitjes.
Ach, die buuf joh, heerlijk mens. Ze is van mijn leeftijd, heeft het altijd naar d’r zin, is altijd zichzelf, altijd op d’r gemak. ‘Als je maar lol hebt of niet dan?’ roept ze in m’n oor terwijl ze langs me danst. Dansen, drinken, keihard lachen, ze doet het allemaal, zonder make up en volgens mij kamt ze nauwelijks d’r haren. Geen idee ook wat ze draagt. Nooit op gelet, kun je nagaan. Gewoon een relaxte bloes, spijkerbroek en gympen. Zoiets, denk ik. In elk geval, als ik halverwege de avond op het toilet stiekem m’n voeten zit te masseren, staat zij nog olijk te headbangen en te springen en dat houdt ze vol tot sluitingstijd. Daarna wandelt ze zingend naar huis.
Of ze belt een taxi, kan haar ’t schelen. ‘Als je maar lol hebt of niet dan?’
Prachtvrouw, schijt aan alles. Word ik een jaloers kreng van.