Niet om het een of ander, maar er hing die bewuste dinsdagavond gewoon een puike vibe om me heen. Op de lange, rechte fietsroute van Zuid naar huis, via de Burgemeester de Vos van Steenwijk laan, Zwarteweg, Schellerweg, richting de van Karnebeektunnel trof ik louter glimlachende tegenliggers.

Nee, aan mij kon het niet liggen dat die ene dame geen sjoege gaf, zelfs niet toen ik haar naam riep. Tja, ik geef soms toe aan de neiging om iemand spontaan te groeten die ik lang niet gezien heb en ooit veel voor me betekende. Die spontaniteit bleek niet wederzijds.

Echt wel dat ze mij herkende, ze keek me tenslotte recht in de ogen. Exact dezelfde ogen als pakweg 25 jaar terug toen we samen een flat, een vriendengroep en lief en leed deelden. Toptijd. Trouwens, we delen nog steeds iets. Een ex.

Want raad es wie er met de vent van wie vandoor ging? Haha, mis! Zij legde het namelijk aan met die van mij. Oké, hij was op dat moment al twee weken transfervrij, maar toch, niet iedereen vond dit sjiek. Hoe hard mijn omgeving ook riep dat ik kwaad zou moeten zijn, ik was oprecht blij voor ze. Nee, aan mij lag het zeker niet. Wij bleven vrienden, alle drie.

Helaas hield hun relatie van knipperlichtkaliber geen stand en werd ik voor de keuze gesteld, door mijn vriendin in voor en tegenspoed. Nog steeds was ik niet boos, maar kiezen tussen twee dierbare vrienden ging zelfs mij te ver. Dat mocht ze zelf doen. En dat deed ze. ‘Wat een bitch’, aldus mijn omgeving. ‘We zien elkaar vast nog wel’, aldus ik.

Dat was dus afgelopen dinsdag en ik kreeg geen gehoor. Boos zijn weiger ik. Volgende keer groet ik haar weer, op dezelfde manier. Aan mij zal het niet liggen.

Meer blog items