En zo zit ik dus op een onschuldige zaterdagavond in die grote bioscoop aan de Pannekoekendijk. In afwachting van visueel spektakel. Hoe het zover heeft kunnen komen? Ik neem je even mee terug naar enkele uren eerder:
‘Zeg, laten we vanavond maar es naar de film gaan, want ik heb nog een bioscoopbon liggen, van m’n verjaardag.’
- Leuk, lekker even naar het Filmhuis, zin in!
‘Nou, het is voor de Pathé bioscoop…’
- Echt joh? Wie heeft jou die bon gegeven in godsnaam? Nu moeten we zeker naar de verfilming van een nooit geschreven boek.
‘Heel prozaïsch, maar ook heel cynisch…’
- Oh ja joh. Heb jij de ‘Godzilla trilogie’ gelezen dan?
‘Die zware kost ligt mij niet zo…’
- Ah, daarom ligt alleen ‘Ghostbusters: The frozen empire’ op je nachtkastje.
‘Doe es ff niet zo elitair joh, alsof jouw reguliere weekendinvulling zo verheven en intellectueel van karakter is. Weet je nog hoe je vorige week zaterdagnacht naar huis bent gestr….’
- Jajajaja, oké, ik hou m’n mond al. Zoek maar wat leuks uit.
Aldus geschiedde. En hier zitten we dan, in zaal 1, op rij 7, stoel 11 en 12. Een zakje M&M’s crispy van 8 euri tussen ons in.
‘Ik heb trouwens wel een spannende uitgekozen, volgens mij ga je ‘m eng vinden.’
- Eng? Ik? Luister ff, als student hield ik nachtelijke horrormarathons. Nightmare on Elm street, Halloween, The Exorcist, alle delen van Friday the 13th achter elkaar… dus een paar rollende hoofden meer of minder en een afgehakte hand die z’n eigen leven gaat leiden…ik kan ’t hebben, kijk nergens meer van op hoor.
‘Oké, dan heb ik niks gezegd.’
- Daarom. Maak je over mij geen zorgen, ik hou jouw hand wel vast als het nodig is.
‘De film heet trouwens ‘No way up.’
- En het gaat over een groepje tieners dat tijdens een boswandeling in een kuil dondert…?
‘Nee, over een vliegtuig dat neerstort in zee. Een paar mensen overleven dat, maar er stroomt steeds meer water in de cabine en ze kunnen geen kant op…’
- Getver…
‘Juist, het water staat ze bijna letterlijk aan de lippen. En dan zwemmen er ook nog af en toe wat hongerige haaien naar binnen… Ze kunnen echt geen kant op!’
- Oh my, ik krijg het benauwd…
‘En aangezien wij regelmatig vliegen en jij een nogal groot inlevingsvermogen hebt…’
- Ja, hou es op zeg, ik vind dit niet meer leuk! Kom we gaan!
‘Te laat, hij begint zo. Het licht is al uit, de zaal op slot. Ik hou je hand wel vast.’
- Het water staat me aan de lippen! Ik kan geen kant meer op…
‘Juist. En nou je mond houden.’