Het is weekend, een avond, op een gezellige plek en ik praat al een poosje met iemand. Dat wil zeggen, iemand praat tegen mij. Aardige man, met een oneindige stoot privé strubbelingen, blijkt na het uitwisselen van de voetbaluitslagen. Ik heb dat soort dingen altijd te laat door…
Nee, het is niet mijn werk om met mensen te praten, ik doe dat op vrijwillige basis. En het gesprek gaat meestal over de andere persoon, omdat er blijkbaar op mijn voorhoofd staat dat ik ‘interesse toon, niet oordeel, ruimte en aandacht geef en er niks voor terug hoef, nou ja, een biertje of een welgemeende knuffel zou leuk zijn.’ Inderdaad, flinke lap tekst voor op een voorhoofd, misschien moet ik es een pony laten groeien…
Ach welnee, dat hoeft nou ook weer niet. Ik ben nu eenmaal benaderbaar en dat is op zich een mooie eigenschap. En ja, er zit een valkuil aan vast. Zo is mijn hoofd na een avondje uit regelmatig tot de rand toe gevuld met andermans midlife worstelingen, drank, narcistische exen, nog meer drank, puberperikelen en ‘hoe kom ik in godsnaam van dat buikje af, jij nog tips?’ Tuurlijk heb ik die, maar eerst nog wat drinken. Benaderbaar zijn is namelijk hard werken. Soms.
‘Dankjewel voor het gesprek, heeft me echt goed gedaan. Je bent een heel fijn mens!’, zegt de aardige man ineens, terwijl ie zachtjes in m’n arm knijpt. ‘Eigenlijk verdien je een mooie bos rozen, maar de bloemist is gesloten, denk ik…’, voegt ie er lachend aan toe. ‘Die hou je van me tegoed, oké?’ Kijk, zo kan het ook. Een tevreden klant verlaat het pand en ik kan even bijkomen. Rozen, best een goed idee trouwens.
Intussen is het maandag en krijg ik die rozen nog steeds niet uit m’n hoofd. Ik heb daar echt zin in, mooi kaartje erbij… Weet je wat, ik koop zelf een bosje, ik heb ’t verdiend. Op naar Blok in de Assendorperstraat!
Ter hoogte van de Jumbo wordt er weer es een beroep gedaan op mijn fijne eigenschap. ‘Lieve schat, heb jij misschien wat klein geld voor me?’ Mooie woorden, liefdevolle benadering. Ik ben er niet ongevoelig voor, dat heeft ook deze dak- en tandloze verdomd goed in de smiezen. Maar ja, ik heb geen muntgeld. Shit, wat sneu..
Wanneer ik bij hem wil informeren naar de mogelijkheden voor een Tikkie of een QR code, valt mijn oog op het flesje bier in z’n rechterhand. Geen goedkoop huismerk. Sterker nog, het is een Texels Skuumkoppe!
Juist, Gekke Henkie heeft wel wat beters te doen. Rozen kopen immers. Die heb ik nu extra hard verdiend, want ik ben er mooi niet in getrapt. Een zwerver met een speciaalbiertje…
Leuk geprobeerd jongens, maar ik ben benaderbaar, niet belazerbaar.