Oké, het was uiteindelijk een relaxt dagje sauna. En het ging weer es niet zonder slag of stoot. Zoiets ligt altijd een klein beetje aan mij en mijn prikkelgevoeligheid, maar grotendeels kan ik de prikkelgevende buitenwereld als schuldige aanwijzen. Maar je mag niet wijzen, heb ik geleerd. En wijzen in een sauna is helemaal lullig.
Feit blijft dat bepaalde gedragingen niet thuis horen in een sauna. Met gezond verstand kom je een heel eind, maar vele sauni dekken zich extra in door die ongewenstheden op schrift te stellen. Heb je altijd een naslagwerk, kan handig zijn.
‘Je telefoon in het kluisje laten, mond houden in de stilte cabine, geen bommetje in het dompelbad, van andere bezoekers afblijven…’ De bekende weggevertjes waar je niemand over zult horen.
Toch zijn er de laatste decennia wat ongeschreven regels om zeep gebracht. Van het bedenkelijke fenomeen badpakkendag komen we niet meer af, vrees ik. Net zo min als van het kakelende kortingsbonnenpubliek. Accepteren, is niet anders. Bovendien gun ik de wellness centra hun uitdijende doelgroep. En nee, dat bedoel ik niet eens letterlijk, hoe kom je daar nou bij…?
Het enige wat ik voornoemde ondernemers zou willen adviseren, mochten ze mijn mening op prijs stellen, is een verbod op onvolgroeid kroost. Blijkbaar raken sommige ouders zo relaxt en verstrooid van alleen al de gedachte aan een dagje sauna dat ze per abuis het gezonde verstand thuis laten en hun rondrennende belhamels maar meenemen naar Thermen B.
Ik overdrijf niet, heb het echt meegemaakt. Dat voor mijn ogen een louterend wellness dagje muteerde in een helse Center Parcs ervaring. Inclusief gejengel om patat, foeterende mammies en vloekende pappies. Waarschijnlijk een incident zonder kwade opzet, shit happens.
Want de saunawereld kent, wat mij betreft, tegenwoordig wel grotere uitdagingen dan misplaatste kinderen. Namelijk de ‘kinderen aan huis.’ Ken je ze? Volwassenen die al te graag laten merken dat ze vaste klant zijn, alle opgietingen meemaken en de opgieter van dienst persoonlijk kennen. Het kunnen zowel hemmen als haren zijn, maar de hemmen vallen mij het meest op. Vast gegeven is dat ze enorm veel ruimte innemen.
En nee, ook nu bedoel ik dat niet letterlijk. Niet persé althans. (Fuck jongens, ik had hier niet over moeten beginnen, wil die onsympathieke fatshaming wat achter me laten, maar dat wordt me in de sauna soms wat moeilijk gemaakt…)
Piet Opgiet begint al te laat met de sessie, omdat ie bij de ingang uitgebreid wordt aangeklampt door zo’n zwetende, naakte hooligan die ongevraagd zijn opgietwensen kenbaar maakt: ‘Toch niet weer zo’n heftige als vanochtend, Piet? Dan ga ik niet bovenin liggen hoor…hahaha!’
Ook tijdens de opgietsessie weet de man (nogmaals, er zijn ook vrouwelijke sauna hooligans, ik weet toch) in stilte de aandacht op zich te vestigen. Door plaats te nemen in vreemdsoortige, a-relaxte poses. Zittend in Jomanda houding, met de armen geheven, de handen geopend en de ogen gesloten, daarna liggend op de rug met de armen in de lucht gestoken. Waarrrrrommmm? Ik vraag ‘t niet, want ik wil het niet weten.
Na de sessie is het tijd om af te koelen. De hooligan in kwestie, die overigens een serieuze carport boven z’n eventuele gereedschap heeft weten te realiseren, zie ik nu (gelul natuurlijk, had ik allang gezien), neemt heldhaftig de tuinslang met ijswater ter hand. Geen idee waarom het woord compensatiegedrag ineens omhoog komt, maar ik hou m’n mond. En ga niet wijzen, da’s lullig.
Met de nodige ‘oehs’ en ‘aahs’ laat de beste man het steenkoude water over z’n lijf vloeien: ‘Zo, dat is pas koud!’ Hij kijkt me stoer aan, wachtend op een reactie.
Ik kijk schuin naar beneden. Hij vraagt er gewoon om: ‘Ja, ik zie ‘t. Of beter gezegd, ik zie helemaal niks…’
Eindelijk is het stil in de sauna.
Zoals ik al zei, het ligt ook een klein beetje aan mij.